Leesklachten bij het ouder worden

Je bent jong en je pakt wat te lezen en het kost je geen enkele moeite om te lezen, je staat er trouwens niet eens bij stil, het gaat dan ook vanzelf. Echter naarmate dat je ouder wordt beginnen er leesklachten te ontstaan (presbyopie ook genoemd ouderdomsverziendheid). Beide ooglenzen beginnen bij iedereen zo vanaf het veertigste levensjaar in te leveren aan instellend vermogen om op korte afstand scherp te zien. Nu zal je op je veertigste hier niet meteen direct hinder van ondervinden, maar kom je in de buurt van de 45 jaar dan zullen de meeste klachten gaan krijgen met het scherp zien op korte afstand.

De afstand waar men in het begin het meeste hinder gaat ondervinden is zo rond de 35 tot 40 cm (dit noemt men dan ook de leesafstand) en hier houdt men vaak het leeswerk, smartphone of tablet. Met het kijken op een beeldscherm van de pc zal men op iets latere leeftijd problemen krijgen, dit omdat een computerscherm niet op 35 tot 40 cm  staat, maar vaak zo rond de 70 cm. Ondervindt men klachten met het lezen of heeft men moeite om op korte afstand scherp te zien dan zal men in het begin van deze klachten met het schijnen van voldoende licht op het leeswerk nog wel uit de voeten kunnen, echter na enige tijd helpt dit ook niet meer voldoende.

Ook gaat men het leeswerk vaak verder van zich afhouden omdat het rond de 40 cm vaak onprettig wordt om te kijken en men begint wazig te zien. Met het verder weg houden van het leeswerk zal het onprettige gevoel aan de ogen wel verdwijnen echter wordt dan de afstand waar men het leeswerk houdt te groot en zo zijn de kleinere lettertjes daardoor moeilijk of niet meer te lezen (men zegt dan ook vaak: Mijn armen worden te kort).

Leesklachten oplossen en weer scherp zien op korte afstand

Heeft men leesklachten dan is hier makkelijk wat aan te doen. Het is zo dat beide ogen minder instellend vermogen hebben en dit zal langzaam toenemen naarmate men ouder wordt. Beide ooglenzen kunnen minder gemakkelijk bol worden en daardoor zelf minder aan plussterkte aanmaken en laten we nu net deze extra plussterkte nodig hebben om op korte afstand scherp te kunnen zien. Nu is de oplossing eigenlijk heel simpel en dat is de plussterkte die beide ogen zelf niet of niet meer gemakkelijk kunnen aanmaken door middel van een leestoeslag (ook genoemd additie) toe te voegen. Het toevoegen van een leestoeslag doet men altijd op de verte correctie (het woord zegt het namelijk al, het is een toeslag, deze tel je dus ergens bovenop en dat is in dit geval de bij de vertesterkte). Heeft men geen verte sterkte (verte correctie) dan zal de leestoeslag de uiteindelijke leessterkte/correctie worden. In onderstaande voorbeeld laten we enkele berekeningen zien welke totaal sterke men nodig heeft om rond de 40 cm scherp te zien er van uitgaande dat men een leestoeslag nog heeft van +2.00 dioptrie:

Persoon 1. Vertesterkte -4.00 daar tellen we een leestoeslag van +2.00 bij op dan is de leescorrectie -2.00 dioptrie

Persoon 2. Vertesterkte -2.00 daar tellen we een leestoeslag van +2.00 bij op dan is de leescorrectie  0.00 dioptrie

Persoon 3. Vertesterkte  0.00 daar tellen we een leestoeslag van +2.00 bij op dan is de leescorrectie +2.00 dioptrie

Persoon 4. Vertesterkte +2.00 daar tellen we een leestoeslag van +2.00 bij op dan is de leescorrectie +4.00 dioptrie

In bovenstaande voorbeeld kunnen we meteen de volgende stellingen de wereld uit helpen zoals men deze vaak verkondigd zoals: Men geeft vaak aan dat een leescorrectie (correctie bijvoorbeeld via een leesbril) altijd plus (+) moet zijn. Nee, dit klopt niet, een leestoeslag is wel altijd plus, echter de totale leescorrectie hoeft dus niet altijd plus te zijn. Een vertecorrectie is altijd min (-), nee een verte correctie kan min (-) alsook plus (+) zijn (min en plussterkte zorgen ervoor om het brandpunt naar achteren of naar voren te leggen om uiteindelijk het brandpunt exact op het netvlies te projecteren).

Het corrigeren van je ogen kun je doen door middel van een multifocale bril, multifocale lenzen,leesbril of computerbril.